Theresia R.M. Verwilligen

Trees Verwilligen



konijnenlijmRestaurateur - Kunstschilder - Schrijver


 











Religie, kunst en magie
Een drietal waarvan de samenhang onontkoombaar is.

Op de avond waarop ik wilde beginnen, liep ik nog wat heen en weer in de tuin om mijn gedachten te ordenen en te bedenken hoe ik dit aan u zou kunnen duidelijk maken.
Door het heen en weer lopen in de frisse avondlucht gaat er iets open, en krijgt er een andere dimensie in ons zijn kans.
Dat gebeurde ook nu.
Er hing een grote, volle maan aan de hemel. Daaromheen dreven wonderlijke wolkenformaties die heel vloeiend allerlei vormen aannamen. Fascinerend om naar te kijken.
Opeens trad er als het ware een kleine, maar zeer donkere vorm pal voor de grote stralend bol en in een mum van tijd had het een vorm aangenomen, heel duidelijk. Het leek sprekend op een van die springende stierfiguren die men aantreft in de Grot van Lascaux in Montignac in de Dordogne. Het duurde misschien niet langer dan een minuut, maar het was betoverend. Het opende mij de weg naar het verhaal waar we het vanmiddag over willen hebben.

Wat deden die mensen in die grotten? Ruimten waar je in de meeste gevallen slechts moeizaam kon binnendringen. Waar het aardedonker was. Maar, waar je wel beschutting kon vinden : tegen koude maar ook tegen verscheurende dieren, tegen noodweer en tegen het vuur dat uit de hemel kwam vallen. Het was een plaats die vergelijkbaar was met de moederschoot. Daar was je veilig. Een van de oudste tekens van de mens is dan ook het driehoekige teken van de vulva. De vulva betekende leven. Leven is Heilig. De primitieve mens zocht, net als de mens van onze dagen, naar middelen om uitdrukking te geven aan hetgeen hem ten diepste bezighield en bewoog. Hij wilde grip krijgen op de wereld die hem omringde. Hij plaatste er zijn Teken opdat het hem machtiger zou maken, opdat hij door dit Teken in verbinding zou komen met een veel en veel Grotere Kracht dan hij zelf was, hopende dat de kracht van het Teken voor hem zou werken.
Dit kun je een magische handeling noemen maar ook een religieuze.

Als wij onder een koopcontract onze naam zetten dan is de aankoop een feit. Met het zetten van dit speciale teken kunnen wij ons toe-eigenen wat we hebben willen. Een symbolische handeling,zeker maar eigenlijk een magische handeling.

Gaan we terug naar onze grot, waar de kunstenaar, want dat was hij, bij het flakkerende licht van een primitieve toorts Tekens aanbracht op de rots, diep in de buik van de aarde.
Zijn middelen waren gering : kleuren die hij zo om zich heen gevonden had : het oker van het gesteente, het zwart van het verkoolde hout, het rood van het ijzer dat tevoorschijn kwam als het water uit de rots naar beneden droop en het wit van het krijt.
Maar de beelden die hij opriep met deze middelen waren vol macht. Door ze daar neer te zetten in al hun kracht kreeg de mens heerschappij over datgene dat hij daar geschapen had.
Dat wat hij hebben wilde, dat wat onmisbaar was voor het voortbestaan van de hele groep, dat had hij neergeschreven Met zijn hele ziel GETEKEND.( Kunt u hier even tekenen ?)
De macht die hij ontleende aan dit teken verbond hem met een Hogere Macht.

Nu zult u zeggen : dat is wel heel lang geleden. Zo zal het wel niet meer werken. Maar het werkt nog steeds.
Voordat de fotografie was uitgevonden was de mens al even beweeglijk van geest als tegenwoordig. Hebben we nu een democratie ( macht van ons allen over ons allen??!!!) Enkele eeuwen geleden berustte die macht nog bij de heerser. Koning, keizer, tsaar en ga zo maar door. Hij was van Godswege daar geplaatst en iedereen leefde onder zijn heerschappij. U allen zult wel die schilderijtjes kennen met het Grote Oog en “God ziet mij “er op. Een zeer magisch religieus teken. Wat deed nu de vorst? Ook hij wilde overal aanwezig zijn. Zijn teken moest zijn in ieders hand en het moest van waarde zijn.
De vorst plaatste zijn beeltenis op het geld. Het machtsmiddel bij uitstek.
Maar ook moest zijn portret aanwezig zijn overal waar mensen bij elkaar kwamen om in zijn naam te heersen over andere mensen. En tot heden ten dage hangt er altijd een afbeelding van de vorst op die plaats waar de macht een feitelijk karakter aanneemt.
De kunstvorm van het Portretschilderen is hiermee ten diepste verbonden.

We hebben nu aandachtig gekeken naar enkele magisch-religieuze handelingen. Laten we nu eens onderzoeken hoe het staat met de verbinding van kunst en het religieuze.

Ordening is kunst. Maar kunst is zeker niet alleen ordening.Ieder waarachtig kunstwerk overschrijdt in hoge mate het punt van ordening. Grote kunst wordt uit een andere dimensie geboren. Dit scheppingsproces is echter zeer moeilijk onder woorden te brengen. Het lijkt of er een andersoortige ruimte ontstaat in de kunstenaar. Het bewustzijn komt op een ander niveau. Zijn energieveld, zijn “golflengte”wordt tijdelijk anders. Hierdoor krijgt hij toegang tot een “andere wereld”, een ander energieveld. De wereld van de verbeelding.
Er zijn tegenwoordig grote geleerden die er van uitgaan dat wij, en alles wat er om ons heen is, samen een groot energieveld vormen en dat in dit energieveld ALLES aanwezig is. Alles wat is en wat was en wat komen zal. In grote scheppingsmomenten zou de kunstenaar , door zijn veranderde “golflengte”toegang kunnen hebben tot de IDEE, de software dus, van het kunstwerk, dat al zou bestaan vanaf den beginne, nu en altijd.
Rudolf Steiner schreef over de Akasha-kroniek. Hij bedoelde dit.

Kunt het nog volgen?

Deze geleerden zien HET GROTE ENERGIEVELD als God.
Bezig zijn met het creëren van een kunstwerk is dus een ongelooflijk diepe relatie aangaan met het Goddelijke.

En dat wist men al in heel oude tijden, waar diepe en verborgen kennis aanwezig was.
We gaan opnieuw terug in de geschiedenis. We gaan naar het oude Egypte.

De meesten van u hebben natuurlijk op de een of andere wijze kennis gemaakt met de indrukwekkende cultuur van het oude Egypte.
Wat magie, religie en kunst betreft, de eerste twee lopen hier heel vloeiend in elkaar over. Men wilde immers op magische wijze de dode doen herleven. De koning moest opstaan uit de dood en zijn lichaam - zijn voor deze mensen goddelijke lichaam – moest veilig zijn en behouden worden . Het werd omgeven door alles wat hij nodig zou kunnen hebben. De eeuwigheid werd als het ware omarmd en binnengehaald in de eigen tijd. En dan komt de bouwmeester en hij legt een tekening voor. Een tekening van een schepping die eeuwig zal blijven bestaan. En die naar de hemel wijst.
De piramiden bestaan nog steeds. Het licht van de bouwmeester van toen is nog niet gedoofd. De koning echter… zijn graf is leeggeroofd. Zijn lichaam zoekgeraakt.
En toch, de goddelijke huiver en de liefde gekoppeld aan het Groot Mysterie, bestaan nog steeds. Toen de engelse archeoloog Howard Carter rond 1936 besloot om de mummie van Toetanchamon naar Cairo te laten brengen, stonden er langs de hele vaarroute aan de oevers van de Nijl duizenden en nog eens duizenden mensen die in doodse stilte hun eerbied kwamen betuigen aan de koning……., nee, niet aan de koning , maar aan de IDEE van God , die leefde in het lichaam van de koning.
Wie de adembenemende schat van Toet Ank Amon met grote aandacht heeft bekeken is diepgeraakt. Van het dodenmasker tot een eenvoudig rustbed, alles ademt schoonheid. Ik geloof stellig dat hier op grote schaal het wonder van het eerder beschreven scheppingsgebeuren heeft plaats gevonden.
In wezen gaat het hier om dezelfde gedachte als bij de grotschilderingen, de kunstzinnige uitbeelding als werktuig. Dit alles uitgaande van een vast geloof in de krachten van het Bovenzinnelijke.
Het magische?

Wat is nu eigenlijk magie?
In de Grote Winkler Prins vond ik het volgende.
“Magie is het geloof dat bepaalde, min of meer nauwkeurig omschreven handelingen, die al dan niet begeleid worden door spreuken automatisch (met hulp van bovennatuurlijke, doorgaans niet gekende krachten) tot een gewenst gevolg zullen leiden.
Magie heeft met wetenschap gemeen, het element van toepassing, van middel, dat onveranderd tot het gewenste doel leidt. Het heeft met religie gemeen dat het gebruik maakt van krachten die zich aan de normale zintuiglijke waarneming onttrekken.
In de praktijk is de grens tussen religie en magie niet altijd gemakkelijk te trekken. Er zijn antropologen die de zin van een onderscheiding betwijfelen.”

Tot zover de Winkler prins


In Georgië, waar nog een sterk gevoel van saamhorigheid bestaat met de overledenen zag ik op een immens kerkhof ,tussen de heuvels, waar de jammerklachten van een weduwe ons bloed deden stollen,hoe men hier, net als in Egypte, de doden allerlei dingen had meegegeven.
Er waren mooie, versierde huisjes gebouwd. Er was bijv. een kinder – “mausoleum “waar met ongelooflijke liefdevolle aandacht het kinderleven was meegegeven naar het hiernamaals : het bedje met de mooiste dekentjes, op de stoel ernaast de keurig opgevouwen kleding. De schoolbank met de boekjes en het schooletui. Het lievelingsspeelgoed. Het eigen eetgerij….. enz. Naast ieder graf stond bovendien een tafel met banken waaraan men, minstens eenmaal per jaar met de familie de maaltijd gebruikte. Het oeroude ritueel om de twee werelden met elkaar te verbinden, wat tot onze grote schande verworden is tot een kop machinekoffie en een stuk fabriekscake. Het Georgische volk, ondanks een miserabele economische situatie, stelt er een eer in om mooi en goed verzorgd naar buiten te komen. Alle kunstvormen zijn kwalitatief heel hoog.
Zou ook hier sprake kunnen zijn van een stuwkracht van het religieus/magische ?

Omgekeerd zie je bij de grote Griekse treurspelen juist, hoe zij een grote invloed uitoefenen op het maatschappelijke denken en het gedrag van het volk.
We kunnen dit, vrees ik, doortrekken naar het geweld in onze samenleving dat ons wordt aangeboden in onze “treurspelen” waar ieder dag door een immense menigte naar wordt gekeken.

Maar de mens heeft nu eenmaal behoefte aan spelen en ook aan treurspelen. Ieder jaar nog kunnen we genieten, in de passie tijd, van de onsterfelijke muziek van Mr. Bach. De grote Johann Sebastiaan stond echter in een lange traditie. Hij was degene die een eeuwenoude traditie naar zijn hoogtepunt voerde.

Waar ging het verhaal van Jezus nu eigenlijk over?
Wat een vraag zult u zeggen, maar ik verzeker u dat, zelf in ons land, miljoenen mensen dit echt niet weten. In onze tijd echter kan iedereen een boek nemen of de computer. En we kunnen alle verhalen nalezen die we maar willen.
Deze mogelijkheden bestaan echter, relatief gezien, nog maar heel kort in de geschiedenis van de mensheid. Lezen was een kunst, een kunde, voorbehouden aan een kleine elite. Zelfs grote vorsten verstonden soms niet de kunst van het lezen en schrijven. Zij hadden daar uiteraard hun mensen voor. De gewone mens daarentegen had zijn orale traditie. Zijn verhalen. In het nabije oosten kan men de verhalenvertellers nog aan het werk zien. En de meesten van ons hebben nog wel horen vertellen hoe vroeger, in de koude winters, de mensen elkaar opzochten en verhalen vertelden gezeten rond het vuur. Terwijl de vrouwen draaiden aan het spinnewiel. Zo werden de nieuwtjes doorgegeven en de sprookjes.
Met het grote verhaal van Jezus echter ging het anders. Dat kwam tot leven in de kerk. Geschilderd op de muur, later gloeiend in prachtige kleuren in de ramen.
Maar het werd ook uitgebeeld.
Neem nou palmzondag. Een prachtverhaal om uit te beelden. De mensen leggen hun mantels op de stenen vloer van hun kerk en Jezus komt binnen , gezeten op een ezel en allemaal roepen ze Hosanna!!!
Hosanna!!!
Soms was er geen ezel beschikbaar, of vonden ze het gewoon mooier om Jezus met (houten) ezel en al de kerk binnen te rollen. En langzamerhand werd het geschreeuw van Hosanna gecultiveerd. In groepen bijv. In stemgroepen, en in de maat.
Zo ging het ook met het verhaal van het Lijden van Jezus, de Passie. Er was een evangelist die alles vertelde en verder waren er allerlei rollen die gespeeld moesten worden. Wie mag er dit jaar voor Christus spelen, en wie wordt Maria. Wie was er zo devoot of wie had er zo fantastisch genetwerkt.
Diegene die begon om orde te scheppen in het hosannageroep bracht de kunst in de kerk. Want we hebben al gezien : alle kunst is ordening.
Zingen is eigenlijk veredeld roepen en de melodieën wonen in de mensen. Net zoals de vogel een lied in zich heeft, heeft de mens melodie en maat. Ze liggen vaak diep verscholen en zijn soms alleen van buitenaf toegankelijk. Ze kunnen tot leven gewekt worden. Wakker gekust om zo te zeggen. Hoewel….met al die decibellen van tegenwoordig……????
Maar de passiemuziek was geboren. Langzamerhand begon de zang het spel te vervangen. Hoge prelaten en vorsten lieten mensen met kunde en melodieën voor zich werken. Er werden methoden ontwikkeld om dat wat gevonden was vast te leggen. Waarbij we toch moeten aantekenen dat eeuwen en eeuwen lang, de zang werd ingestudeerd door het na zingen van de voorzanger.
Ook hier een orale traditie.
Het Gregoriaans zou hierin langzamerhand verandering brengen.

De rituelen begonnen te veranderen van karakter. In de kloosters ontstond een prachtige cultuur van gezongen aanbidding. En iemand die ooit heeft deelgenomen aan het avond- of dageraads gebed in een klooster, zal kunnen beamen dat er een magische kracht uitgaat van de reizende en dalende stemmen bij het flakkerende licht van de kaarsen.Terwijl de oeroude teksten gezongen worden.

Toch is het passiespel zelf nooit helemaal verloren gegaan. In Tegelen en in York, en in Zwitserland meen ik zijn nog altijd groepen actief. Er zijn dus nog steeds mensen die deze oude, piëtistische manier van geloofsoverdracht met hart en ziel zijn toegedaan.
En wat dacht u van “The passion of the Christ”? De film die nog maar kort geleden zoveel ophef baarde.
Met deze film zijn we eigenlijk weer terug bij af.
Gelezen wordt het Grote Verhaal niet meer, nee, het moet beleefd worden. Mee-beleefd.
En de magie van de filmische beelden samen met de muziek voert de mensen dan weer terug naar de kern van onze religie : het lijden van Jezus Christus. En via dit Grote lijden komt de mens zijn eigen donkere kant tegen.
Of je dus gelooft of niet, aangegrepen wordt je tot in het diepst van je ziel.

Er voeren veel wegen naar Rome. Maar er zijn ook wegen die ons juist weg voeren van deze religieuze Krachtcentrale.

De weg van de Reformatie, bijv. de weg van de zuivering. De weg van de soberheid. Weg met de beelden in de kerk! Sla ze kapot! Haal er de witkwast overheen! Weg met het Latijn. Weg met die hele bazaar die niets te maken heeft met de heilsweg die God met ons wil gaan.
Alles wordt sober, de kleding zwart. De mens is er alleen nog omwille van het ora et labora.
Maar dan komt er een prachtige , schitterende ster aan het firmament, want muziek mag!!!!
Johann Sebastiaan Bach komt op aarde. En meneer Bach heeft toegang tot alle melodieën. Hij is een diepgelovig mens, met een lastig en eigenzinnig karakter. Geen gesjoemel met de kunst. Geen gesjoemel met het leven. Hij heeft zijn beide vrouwen bemind en is rijk gezegend met nageslacht. Hij kon de meest tedere muziek schrijven en ook de meest majestueuze. Hij schreef honderden cantates, prachtige missen en schitterende muziek voor het instrument bij uitstek van de Reformatie, het orgel, maaaar….. hij is per definitie ook de meester van de Passiemuziek.

Zijn Passiemuziek was en is een Teken in de tijd. Een Teken waaraan men zich vast kan klampen. Waarin alles ligt opgesloten. De vraag om hulp. “Zusters help mij klagen? Erbarm u over mij? Laat toch de engelen mij aan het einde dragen…Maar ook : het verraad en de loochening en die allerlaatste snik van Jezus in zijn totale verlatenheid. Wij herkennen dit alles. Het werkt in ons, ook in deze dagen van Gods ontkenning. De muziek heeft zijn eigen vermogens. De werking van de muziek in onze ziel is en blijft een geheim. Ik durf hierbij nauwelijks het woord MAGIE in de mond te nemen. Het Groot Mysterie is oneindig veel groter dan onze verbeeldingswereld reiken kan.
Laat ons dus eenvoudig weg Gods lof verkondigen, samen met alle andere mensen op aarde! Zoals het gebeurt in het openingskoor van de Johannes Passion en ons overgeven aan dat wat groter en ontzagwekkender is dan wij.

En hiermee ben ik bijna aan het einde gekomen van mijn relaas.Ik zeg bijna, want het zou absoluut onvolledig zijn als we de taal buiten deze beschouwing zouden laten. HET WOORD waarmee immers alles zijn aanvang heeft genomen.
Dat het Woord an sich ongekende magische kracht heeft staat immers buiten elke twijfel. Ik wil u dan ook iets heel anders voorstellen.
Een klein experiment om, met aandacht uitgevoerd, hier en nu vast te stellen wat voor een uitwerking woorden op onze gemoedstoestand kunnen hebben.
Ik wil u een klein stukje poëzie voordragen, maar wel van een groot dichter. Mogelijk is er ook voor u eventjes de betovering van een andere, een voorbije wereld.

Sluit uw ogen, zet uw voeten naast elkaar op de grond en leg uw beide handen rustig neer.
Geef u nu volkomen over aan de tekst en open pas weer uw ogen als ik het zeg.

U gaat u volkomen overgeven aan de tekst en opent pas weer de ogen als ik het u vraag.

 

 

Ieder schilderij staat bloot aan vervuiling. Overal zijn zwervende stofdeeltjes in de lucht die zich graag ergens op vasthechten.
Een schilderij met een” geschiedenis” heeft het soms zwaar te verduren gehad : roet, rook, nicotinedampen, keukenvet, insectenuitwerpselen, vet, kaarsvet en ga zo maar door.
Het gewone stof... >>

Verdoeken


 Langevielesingel 72   -  4335 AC MIDDELBURG  -  tel. (+31) 0118 - 61 64 00